‘Een nieuw leven voor elke matras.’ Dat is het credo. De matrassector start dit jaar met serieuze inspanningen om de keten circulair te maken. Die zijn niet vrijblijvend en de verantwoordelijkheid ligt bij alle partijen in de keten. Voor de sector geldt vanaf dit jaar een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) om te werken aan een circulaire keten van inzamelen en recyclen. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft een Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) afgegeven. Dit houdt in dat de regeling voor fabrikanten en importeurs een verplicht karakter heeft.

Eerst registreren
Het initiatief ligt bij matrassenproducenten Koninklijke Auping, BeterBed, Hilding Anders, IKEA en Swiss Sense die de UPV in 2021 in stelling brachten. De uitvoering is in handen van Stichting Matras Recycling Nederland (MRN), aangestuurd vanuit Koninklijke CBM, de branchevereniging voor de interieurbouw en meubelindustrie.

De verplichting geldt vanaf 1 januari. Op 1 april is het eerste moment dat fabrikanten, importeurs en inzamelaars, zoals gemeenten en afvalbedrijven, hun opgaven moeten doen over het aantal verkochte consumentenmatrassen. MRN heeft daar een speciaal portal voor ingericht, het is de bedoeling dat alle partijen zich daar nu eerst registreren.

Op korte termijn meer recyclen
Hoogste prioriteit: ‘Een werkend systeem opzetten tegen zo laag mogelijke kosten.’ Aan het woord namens MRN: Kees Zwetsloot, verantwoordelijk voor financiën en bestuursondersteuning, en Dirk van Deursen, verantwoordelijk voor innovatie en duurzaamheid.

Dirk legt uit: ‘Om echt bij te dragen aan een betere wereld is er meer nodig dan er nu gebeurt. We moeten meer én beter inzamelen, het recyclen aandachtig monitoren en de hoeveelheid afval verminderen.’ Kees vult aan: ‘Nu verbranden we 1,2 miljoen matrassen per jaar en recyclen we er 400 duizend. Dat moet makkelijk beter kunnen en op korte termijn zelfs andersom.’

Leren en optimaliseren
De start is lean-and-mean. Kees en Dirk verwachten vooral in het begin grote slagen te kunnen maken. Dirk: ‘Die zijn goed haalbaar met meer inspanning en meer volume dat zal worden aangeboden door gemeentes en inzamelaars. Over een jaar weten we meer en gaan we steeds beter scoren. En kunnen we ook meer mensen activeren.’

‘We monitoren alles en met die informatie kunnen we overwegen om zaken bij te stellen’, vult Kees aan. ‘Nu leren en dan: optimaliseren.’

Eerst het systeem, dan de consument
Zo’n keten veranderen, dat doe je niet zomaar. Je hebt te maken met veel partijen en veel factoren. In grote steden, bijvoorbeeld, is de milieustraat lastig te bereiken. Dirk: ‘Klopt. Dat is een van de redenen dat 25 procent van de matrassen nat op straat ligt. Daar kun je niets mee als je wilt hergebruiken. Er komt lokaal veel bij kijken om dit beter te organiseren. Dat heeft ook te maken met bewustwording en motivatie. Als je je afvraagt, bij wie ligt dat? Dan is het antwoord dat eigenlijk iedereen verantwoordelijk is. Van de gemeente tot de sector tot de consument, dat moet allemaal eco-efficiënter, maar het gaat langzaam.’

Kees, vervolgens: ‘We concentreren ons nu op het verbeteren van het systeem, daarna pas op de consument. Dat is de volgorde.’

Nog best even spannend
Naast een verplichte bijdrage voor producenten en importeurs hebben juist inzamelaars, zoals gemeenten en afvalbedrijven, recht op een vergoeding voor matrassen die zij aanbieden bij gecertificeerde recyclebedrijven. Daarvoor geldt in 2022 een vergoeding van 15 procent van de kosten van containerhuur, transport en verwerking bij een erkend recyclebedrijf. Dat is nu nog beperkt tot een deel van de kosten, dit wordt in de toekomst steeds hoger tot 100 procent van de kosten in 2028. Kees: ‘Het is een overgangsregeling, dit gaat geleidelijk. Als de vergoeding voor de inzamelaars 100 procent van de kosten is, dan is de stimulans uiteraard groter. Zover is het nog niet, dat kunnen we nu financieel nog niet waarmaken. Er moet eerst ook geld binnenkomen via de afdrachten van producenten en importeurs van matrassen. In

2022 is deze bijdrage vastgesteld op 2,60 euro exclusief BTW per gefactureerde en op de markt gebrachte matras. Op 1 april is de eerste heffing van de verkochte matrassen van dit jaar.’

De branchevereniging als aanjager
Kees is vanuit zijn rol bij CBM verantwoordelijk voor complexe financiële administraties. Dus dat aspect is in vertrouwde handen. De uitdaging is vooral: ‘Om iets nieuws op te zetten en dat tot een goed werkend systeem te smeden.’
Dirk licht toe: ‘We hebben ons het domein eigen gemaakt en het opgepikt met als intrinsieke motivatie de keten anders in te richten. Om de ecologische impact te veranderen. Dat is een superinteressante transitie. Circulariteit heeft spelregels nodig. Daarom zijn we in gesprek met alle partijen. De wil is er, het verrijken van kennis is nu essentieel.’
Kees: ‘Die rol van CBM is belangrijk en informatie kunnen wij vanuit ons netwerk binnen CBM mooi delen – we zijn daardoor als branchevereniging de aanjager. Met elkaar is er meer kans van slagen dan individueel. Het draagvlak is er, wij zorgen voor de tools om te navigeren.’

De een is verder dan de ander
MRN organiseerde twee webinars rond de nieuwe ontwikkelingen met de verschillende doelgroepen. Zo kregen ze al snel een goed beeld van wat er speelt in de branche. Dirk ontdekte bijvoorbeeld dat: ‘de retailer ook een grotere rol moet spelen, die zal iets met de recyclebedrijven moeten regelen. Er zullen dus in de toekomst ook meer inzamelpunten komen, waardoor het voor consumenten makkelijker wordt hun oude matrassen daar naartoe te brengen.’Kees: ‘Er moet nog aan heel veel facetten gewerkt worden, het zou mooi zijn als het inzamelen gaat zoals nu bijvoorbeeld al bij bruin- en witgoed geregeld is.’

In heel Europa is de sector aan het werk om grondstoffen in de ‘loop’ te houden. Maar gemakkelijk is dat niet. En de een is verder dan de ander. Dirk: Een aantal fabrikanten is al heel ver met technologie om het hele proces circulair te maken. Ze zamelen matrassen in en kunnen de meeste onderdelen opnieuw bruikbaar maken voor nieuwe matrassen. Het probleem zit hem in de complexe materialen. Textiel is lastig te hergebruiken bijvoorbeeld. Daar moet verandering in komen. Maar dat geldt voor elke producent.’
Dirk: ‘Ik zie de UPV als een belangrijk instrument. De doelen zijn helder: van 35 procent gerecyclede matrassen in 2019 naar 75 procent in 2028, met 90 procent nuttig hergebruik van de recyclebare stoffen. Ambitieus en niet eenvoudig. Dirk: ‘Het is geen abc’tje. We moeten écht aan de bak.’ ‘Maar gelukkig doen we dat niet alleen’, sluit Kees af. Want de matrasketen circulair maken is iets van iedereen.

Op de foto: Dirk van Deursen (links) en Kees Zwetsloot (rechts)
Meer informatie: www.mrn.nl